Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [35]Dewijl zij [dan] onder de heidenen [boelen] om hoerenloon gehuurd hebben, zo zal Ik [36]die nu ook verzamelen; ja, [37]zij hebben al een weinig begonnen, vanwege den [38]last van den koning [39]der vorsten. 35. Of, schoon zij, hoewel zij, maar ofschoon zij, enz., zo zal Ik hen [toch] verzamelen, enz., gelijk de Hebreeuwse woorden genomen zijn, onder hfdst.9 vs.16. Alsof de Heere zeide: Zij mogen zoveel helpers huren als zij willen, het zal hun toch niet helpen. 36. Die heidense helpers, die zij gehuurd hebben, zal Ik tegen henzelven verzamelen om inplaats van hulp, hen te bederven; vergelijk Ezech.16:37. Anders: Ik zal hen [de Israelieten] verzamelen, te weten om hun den vijanden over te geven en het land uit te drijven, gelijk dit woord somtijds ook voor verzamelen ter straf gebruikt wordt; zie Ps.26:9. 37. De boelen, die zij gezocht en gehuurd hebben, tot hunne hulp, hebben hen al begonnen te plagen, doch dat is maar een weinig ten aanzien van de rest, die volgen zal. Anders: dat zij weinig smart zullen hebben van, enz.; dat is, het volgende lijden zal zo groot zijn, dat zij weinig gedenken zullen aan dezen last. 38. Dat is, de belasting, die de koning van Assyrie Israel had opgelegd; zie 2 Kon.15:19,20, en 2 Kon.17:3. 39. Van den groten koning van Assyrie, die vele vorsten en prinsen onder zich heeft; vergelijk 2 Kon.18:19,24; Jes.10:8; Ezech.31:.